Op 3 november 2015 vertrokken een aantal vijfdes voor twee weken richting China. Volledig ondergedompeld in de oosterse cultuur, bezochten ze enkele bekende steden waaronder Shanghai en Peking. Daarnaast verbleven ze een week in een gastgezin in Tongxiang, waar ze net zoals ons naar school gingen. Naast een valies vol met souvenirs, brachten ze ook heel wat spannende verhalen met zich mee. Y’All zocht het voor jullie uit en stelde een paar vragen aan Glynn Cooreman uit 5 LaWi A, die het geluk had erbij te kunnen zijn.
Y’All: Welkom terug op het SVI, Glynn! Twee weken China, dat is niet niks! Ben je ondertussen al wat bekomen van je reis?
Glynn: Ja, ondertussen wel, maar het was in het begin toch wel terug even aanpassen. Tot drie dagen na onze aankomst heb ik nog last gehad van een jetlag.
Y’All: Wat vond je het meest verschillen met onze westerse cultuur?
Glynn: Hoe competitief de mensen er waren. Dat hebben we ook op de school in Tongxiang gemerkt. De druk op de leerlingen is erg groot, de schooldagen zijn langer en alles wat hen zou kunnen afleiden van hun studies wordt afgenomen of zelfs verboden. Op dat vlak mag ik van geluk spreken dat ik hier naar school ga. (lacht)
Y’All: En het eten? Hoe was dat?
Glynn: Standaard drie keer per dag rijst, maar daar wen je wel aan.
Ik heb veel rare dingen gegeten zoals beenmerg, kippenpoten en gerechten waarvan ik niet eens wist wat het was. Maar al bij al was het eten wel lekker. (lacht)
Y’All: Hoe was het verblijf in je gastgezin?
Glynn: Dat vond ik erg goed meevallen. Ik had het geluk dat mijn gastgezin relatief goed Engels sprak. Ze waren erg vriendelijk en namen me overal mee naartoe. Ik heb het platteland gezien en ben zelfs naar een Chinese bruiloft geweest.
Y’All: Jullie zijn daar naar school geweest, hadden jullie je tijdens de vrije ruimte dan al voorbereid op de Chinese lessen of was het daar beginnen vanaf nul?
Glynn: Tijdens de vrije ruimte hebben we vooral geleerd over de gebouwen en de plaatsen die we tijdens onze reis zouden bezoeken. Pas toen we in China waren, zijn we begonnen met onze eerste lessen Chinees.
Y’All: Is de Chinese taal echt zo moeilijk als gezegd wordt of viel dat best nog mee?
Glynn: We hebben eigenlijk alleen maar de basis van het Chinees geleerd en dan ook vooral spelenderwijs, maar datgene wat we geleerd hebben vond ik best nog meevallen.
Y’All: Kregen jullie ook nog andere vakken/lessen?
Glynn: Ja, we hebben enkele lessen kaligrafie en Engels gevolgd en na de middagpauze waren er vaak sportactiviteiten voorzien. Normaal hadden we dan onze “nap after lunch” en moesten we 2 uur slapen, maar dat zagen de meesten onder ons niet zitten. (lacht)
Y’All: Vanuit “betrouwbare” bronnen (Arthur) vernamen we dat sommigen onder jullie enorm vroeg moesten opstaan. Zit het schoolsysteem daar dan anders in elkaar of waren jullie gewoon zo gemotiveerd?
Glynn: We zijn misschien wel gemotiveerd, maar er zijn wel grenzen. (lacht) We moesten zo vroeg opstaan omdat de schooluren anders waren: de lessen begonnen er om 10 over 7.
De eerste dag maakte mijn gastgezin me om 5 uur wakker omdat ze dachten dat ik zo veel tijd zou nodig hebben om mij klaar te maken. Om iets voor 6 zat ik daar dan te wachten tot we vetrokken. De volgende dagen ben ik dan altijd maar om 6 uur opgestaan.
Y’All: Tot slot, wat zal je het meest bijblijven aan deze reis?
Glynn: De week op de school in Tongxiang: hoe streng de leerkrachten er wel niet waren, maar ook hoe vriendelijk en geïnteresseerd de leerlingen. Iedereen probeerde een gesprek aan te knopen of wilde met ons op de foto.
Bedankt voor het interview, Glynn!